top of page
bouwshift.png

Realiseer een echte bouwshift

De bouwshift is een ambitieus plan om de manier waarop we wonen en ruimte gebruiken te veranderen. Het doel is om minder ruimte te verspillen aan lintbebouwingen en verkavelingen, en meer ruimte te creëren voor natuur, landbouw en recreatie. Het is ook een kans om onze woonomgeving aantrekkelijker, duurzamer en klimaatbestendig te maken. Een stad of gemeente speelt een belangrijke rol in het vormgeven van de ruimtelijke toekomst van haar grondgebied. Daarom vragen we de volgende stappen te ondernemen: 

 

  1. Vervang het huidig structuurplan door een nieuw beleidsplan ruimte 

    Maak een vertaalslag naar concrete doelstellingen en acties voor de gemeente. Dit plan vervangt het huidig structuurplan en bevat duidelijke regels over waar en hoe er gebouwd mag worden, hoe de mobiliteit georganiseerd wordt en hoe de open ruimte beschermd en versterkt wordt. 
     

  2. Betrek inwoners, maatschappelijk middenveld en belanghebbenden bij het opstellen en uitvoeren van het beleidsplan ruimte.  

    Gebruik de expertise en ervaring van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening (Gecoro) en organiseer een participatief proces waarin iedereen zijn mening en ideeën kan delen. Kijk en leer van de goede voorbeelden van andere steden en gemeenten die al aan de slag zijn gegaan met de bouwshift, zoals Pelt, Puurs-Sint-Amands, Geel, Zwijndrecht, Mechelen en Brugge. 
     

  3. Maak van de bouwshift een positief verhaal dat de voordelen en mogelijkheden van een nieuwe manier van wonen en ruimtegebruik laat zien.  

    Toon aan dat verdichting en inbreiding niet betekenen dat mensen moeten inboeten aan comfort of privacy, maar dat ze juist kunnen leiden tot een hogere woonkwaliteit en leefbaarheid. Zorg voor een divers en betaalbaar woningaanbod dat aangepast is aan de noden en wensen van de verschillende doelgroepen. Stimuleer het gebruik van collectieve en gedeelde voorzieningen, zoals energie, mobiliteit, groen en diensten. Creëer aangename en veilige publieke ruimten die ontmoeting en sociale cohesie bevorderen. 
     

  4. Zorg voor architectuur die de schaal en nabijheid weerspiegelt. 

    Doe dit met aantrekkelijke pleinen of straten voor fietsers en voetgangers, groene ruimten in de buurt, en slimme inrichting die ontmoetingen stimuleren. Vermijd een eenzijdige focus op appartementen of woontorens, maar kies voor een mix van rijwoningen en appartementen, en dorpse typologieën die de tegenstelling tussen appartementen en vrijstaande woningen overstijgen (gestapelde woonvormen). Zorg ook voor betaalbare sociale huur- en koopwoningen. 
     

  5. Meng functies waar mogelijk.  

    Verweef zoveel als kan. Een groter inbreidingsproject kan woon- met andere dienstverlenende functies combineren zoals kinderopvang, een fietsbieb, horeca, buurtwinkels, kleinhandel en ook nog collectieve woonvormen bevatten. Investeer in een projectregisseur voor de coördinatie.   
     

  6. Versterk uw onderhandelingsruimte bij het verlenen van omgevingsvergunningen voor projecten.  

    Raadpleeg de Vlaamse Bouwmeester of werk samen met een (intergemeentelijke) kwaliteitskamer. Maak gebruik van gerenommeerde studiebureaus voor ontwerpend onderzoek en landschappelijke wensbeelden om de diversiteit in typologieën en eigenaarschap, betaalbaar aanbod, collectieve energiesystemen, gedeelde diensten (deelmobiliteit) en ruimten te waarborgen. Betrek de deskundigheid van de woonmaatschappij waartoe uw gemeente behoort tijdig bij grotere woonontwikkelingen. 
     

  7. Wees selectief bij het vrijgeven van woonreservegebieden.  

    Herbestem, indien betaalbaar, of bevries woonreservegebieden.  Geef ze enkel vrij voor collectieve en sociale woonprojecten. Beperk de zones voor verdichting en markeer woongebied waar bebouwing niet langer wenselijk is.  

     

  8. Voer een sociale last in van min. 15% sociale huurwoningen in gemengde woonprojecten.  

    Om gemengde woonprojecten te realiseren maar ook om de bouwshift te bekostigen en de planschadevergoedingen te kunnen betalen voor gronden waar niet meer mag gebouwd worden. Met de goedkeuring van het instrumentendecreet moet de afweging worden gemaakt of de gemeente dit doet via een ‘stedenbouwkundige financiële last’, dan is de opmaak van een verordening verplicht, dan wel via het heffen van belastingen met een belastingreglement op bijvoorbeeld het aantal bijkomende wooneenheden, tweede verblijven of meerwaarden.   

     

  9. Pas uw bouwvoorschriften aan en gebruik deze voor klimaatdoelen zoals de bouwshift.

    Stel voorwaarden vast voor het opdelen van meergezinswoningen en functiewijzigingen, met aandacht voor nieuwe vormen van compact wonen, woningdelen en collectieve woonvormen. Eis minimale private buitenruimte, duurzame mobiliteit met een nadruk op actieve en collectieve vervoersmodi, aangepaste fiets- en autoparkeernormen, hemelwaterbuffering, een bepaald percentage groen en bomen, en stimuleer circulair, klimaatadaptief en natuurinclusief (ver)bouwen. Voorzie fossielvrije en collectieve energiesystemen. Gebruik aansprekende beelden om burgers mee te nemen in het verhaal.   
     

  10. Screen bestaande wijken op herontwikkeling en combineer renovatieopgave met nieuwbouw.  

    Geef de burger ontwikkelingskansen voor kleinschalige verdichting door het opsplitsen of optobben van zijn woning mogelijk te maken. Vergroen en onthard straten.  
     

  11. Maak een sociaal-ruimtelijke scan. 

    Zet in op plekken waar mensen elkaar kunnen ontmoeten.  Maak plaats voor initiatieven in de deeleconomie (Fietsbieb, repaircafé) en richt de publieke ruimte zo in dat meerdere groepen er gebruik van kunnen maken (bv. beweegtuin).   

​

Info en goede praktijken: 

​

 

Aansluitende voorstellen binnen dit thema:

9.png

Meer publiek groen

​

woningdelen.png

Stimuleer woningdelen

​

bouwshift.png

Realiseer een echte bouwshift

​

bottom of page